Je zult maar een bierglas zonder voet geserveerd krijgen, een glas dat niet op tafel kan staan. De Vlaamse brouwerij Bosteels in Bruggenhout is er wereldberoemd mee geworden. Met dank aan Napoleon. Vaak krijg ik tijdens de bierproeverij de vraag hoe dit opmerkelijke glas aan zijn vorm is gekomen. Voor 1830 reden er ruiters te paard of in koetsen langs de herbergen o hun paarden en uiteraard zichzelf van dorst te verlossen. Zo ook bij de herberg van De Hoorn van Pauwel Kwak in de buurt van Dentermonde. In 1839 brouwde Kwak een donker en zwaar bier met een densiteit van meer dan 18%. Zodra de ruiter of koetsier zijn etablissement betrad, duwde Kwak een speciaal glas in de handen dat ze in de stijgbeugels konden laten rusten. Haastige koetsiers konden het glas in een houten houder meenemen en zo rustig onderweg opdrinken. Als ik met de bierproeverij demonstreer dat het bijna onmogelijk is om te morsen met dit glas wil iedereen het even proberen. Hoe je het ook beweegt (of aan de koets hangt) er gaat niets verloren. Napoleon had bepaald dat koetsiers niet samen met hun passagiers bier mochten drinken in de herbergen en ze moeten daardoor op de koets blijven zitten. Uiteraard was de herbergier niet van plan hierdoor klanten te verliezen en bedacht het huidige Kwakglas oftewel het koetsiersglas. Tijdens mijn bierproeverij demonstreer ik hoe je een ideale kwak inschenkt. Het glas moet gespoeld worden en het bier moet schuin tegen het glas aan ingeschonken worden. Zorg dat er aardig wat schuim ontwikkeld en bewaar altijd de laatste 3 centimeter in de fles om bij te schenken. Tijdens de bierproeverij serveer ik de bieren altijd iets warmer dan gebruikelijk. Normaal krijg je een Kwak rond de 6 graden maar ik serveer hem altijd ronde de 8/9 graden omdat dan de smaak optimaal tot zijn recht komt. Helemaal als we dit bier gaan drinken tijdens een bier-spijs-proeverij zijn de zoete karamel tonen fantastisch te combineren met hartige gerechten.
|